Zoek
 
Sluiten
INDISCHE ENCYCLOPEDIE
Indopedia
INDOPEDIA
De Indische Encyclopedie
 

Index encyclopedie

Tel. / adres boeken

Recepten, Gerechten

Djamu (Jamu) - medicinale kruiden , planten en vruchten. Ziekten & Kwalen

Indische Boekrecensies

Verhalen

Bladmuziek Krontjong

Bezoekers vanaf jun. '09

 19387204 Bezoekers

 46 Bezoekers online

rss Deze artikelen zijn ook met een RSS reader te lezen. :
https://indopedia.nl/data/nl-articles.xml

Pa Entjok en de tijgers

"Uit Indische verhalen door Inge Dümpel voor Indo Radio"



De padi begon te rijpen. Pa Entjok was net klaar met het huisje op palen dat hij elk jaar bouwde in zijn sawa. In dat huisje zat hij bijna dagen nacht om de vogels te verjagen die de rijst uit de aren pikten. Dat kon niet. Pa Entjok had de rijst hard nodig voor hem, zijn vrouw en zijn twee kinderen.
Waarom stond dat huisje op palen?
Nou, omdat er ’s nachts weleens tijgers rondliepen. Pa Entjok kon de tijgers soms horen rondsluipen beneden. Hij haalde elke nacht de trap binnen, want tijgers kunnen ook nog klimmen!

Zo had hij het elk jaar gedaan en nu was de tijd weer begonnen van vogels verjagen. Pa Entjok liep haastig naar zijn sawa. Hij was een beetje laat, het was al bijna donker. Hij was eigenlijk zelden zo laat, maar vandaag had hij zijn vrouw geholpen met hout zoeken. Hij had zijn eten meegenomen en verheugde zich op zijn rijst met een visje.
Hij zette zijn geweer even tegen een paal, pakte de ladder die plat onder het huisje lag en plaatste hem tegen het huisje. Toen klom hij snel naar boven en haalde de ladder omhoog. Zo, nu kon geen mens of dier meer binnen.

Hij begon te eten van de rijst die zijn vrouw in een pisangblad had verpakt. Toen ineens… hij wou net weer een hap nemen… herinnerde hij zich dat hij zijn geweer beneden had laten staan. Oei! Het geweer was ook nog geladen! Zou hij nog snel even naar beneden gaan? Snel? Eerst moest de trap weer tegen het huisje, dan hij naar beneden, geweer pakken, snel naar boven, trap binnen halen. Nee, dat kostte toch te veel tijd. Wie weet lagen er ergens in de bosjes al tijgers op de loer.
Pa Entjok besloot het voor die ene nacht maar zo te laten.

Hij sliep slecht die nacht. Elke keer werd hij wakker en dacht dat hij een wild zwijn hoorde of een tijger.
Toen… nee, nu was het echt geen verbeelding.
Pa Entjok keek door de spleten van zijn bamboehuisje en zag… een, twee, drie…vier tijgers naderbij sluipen! Als hij nu toch zijn geweer had gehad. Hij was dan de held van de kampong geweest. Wat deden deze tijgers toch onder zijn huisje. Konden ze hem ruiken misschien?
Ze waren nu onder het huisje en gingen liggen. Liggen!! Oh, een begon te spreken, de leider zeker. Hij sprak op deftige toon:

Ja, het wordt tijd dat de nieuweling het ook leert.

Pa Entjok drukte zijn oor tegen de bodem van het huisje. Hij kon de tijgers ook vaag zien. Hij begreep het. De jongste tijger moest iets leren. Hij bewoog even om het allemaal nog beter te kunnen horen en de bamboevloer kraakte even. Een van de andere tijgers keek ongerust omhoog.

Zeg, zit er misschien iemand in dat huis hier boven ons?

Nee, oh nee hoor… geen mens durft ’s nachts alleen hier te zijn.

Het was de jongste tijger, de leerling, die dat zei. Hij wachtte beleefd en geduldig in een van de hoeken. Pa Entjok kon zien dat hij een mooi gestreepte rug had. Als hij nu toch zijn geweer had gehad.

De les begon. De tijgerleraar was erg geduldig en de tijgerleerling was een beetje dom. Alles moest wel tien keer herhaald worden.
De nadere twee tijgers verveelden zich. Eentje sloeg ongeduldig zijn staart heen en weer. Hij begon een praatje met de tijger die ook alleen maar lag te luisteren. Si Dogo heette hij.

Voor welk mensen wapen ben je het meeste bang?

Voor de kris. En voor de lans.

De kris? Man, voordat iemand mij met een kris kan steken, heb ik hem toch al lang met mijn klauw omver geslagen! En de lans? Als hij ermee in mijn richting zwaait, doe ik gewoon een sprongetje opzij. Klaar.

Hij begon te fluisteren.

Ik ben bang voor dat ding dat ‘poef’ doet met een harde knal. Daar kun je niet tegen vechten, want wat uit dat poefding komt, zie je niet.

Pa Entjok in zijn huisje boven hen, moest stiekem een beetje lachen. Ze moesten eens weten dat er vlakbij hun zo ’n poefding stond.
Si Dogo ging even verzitten en het geweer viel tegen de grond. Ze schrokken er alle vier van. De leider was wel een beetje bang, maar hield zich groot.

Dogo, wat ligt daar?

Si Dogo snuffelde aan het geweer, kwam er even met een klauw aan. Het voelde een beetje koud aan.

Zit er iets in?

Voor Si Dogo antwoord kon geven, gebeurde er iets heel ergs. Hij stond met zijn neus op de loop van het geweer en drukte met een klauw per ongeluk… per ongeluk… ja… maar er klonk een knal en Si Dogo viel dood neer. De kogel was dwars door zijn kop gegaan.

De andere tijgers schrokken zich een hoedje. Ze hadden geen tijd om na te denken of zich af te vragen hoe dat toch kon. Er was geen mens te zien geweest.
Nee, ze renden…zo hard ze konden… weg van dat enge huisje met dat poefding dat zomaar knalde.
Pa Entjok keek ze na door de spleten van het bamboehuisje.
Ja, nu durfde hij wel naar beneden te gaan. Hij pakte zijn geweer en bekeek de dode tijger.

Wat zou hij morgen een geweldig jachtverhaal kunnen vertellen aan zijn dorpsgenoten. Een tijger, door zijn geweer gedood.
Hoe dat echt was gegaan hoefde hij er niet bij te zeggen.

Die nacht sliep Pa Entjok heel diep en heel rustig.
Die nacht zouden er vast geen tijgers meer komen.


Uit: Indische Volksverhalen, door Joh, van Hulzen, NV Uitgeverij W. van Hoeve, Den Haag, 1948.
Bewerkt door Inge Dümpel


Creatie datum: 12/12/2016 08:21
Categorie: - Inge Dumpel
Pagina gelezen 2949 keren


Reacties op dit artikel

Er heeft nog niemand gereageerd.

Nieuws van den dag uit het voormalig Nederlandsch-Indië