INDOPEDIA
|
De Indische Encyclopedie
|
19753414 Bezoekers
16 Bezoekers online
De Indonesische/Maleise cultuur kent vele sprookjes.
Zoals in de de meeste Indonesiche verhalen is het verhaal beladen met lessen in verband met familiale waarden, geduld in tijden van tegenspoed, en dat het uiteindelijk goed zal worden beloond en het kwaad zal worden gestraft.
Het verhaal dat door de eeuwen mondeling is doorgegeven, gaat over twee halfzusters vernoemd Bawang Putih en Bawang Merah en lijkt op het sprookje Assepoester.
De namen laten zien dat de zusjes erg mooi zijn maar totaal verschillend.
Bawang Putih is de goede, vriendelijke dochter en Bawang Merah is de wrede, de wraakzuchtige.
Het verhaal vindt plaats in een eenvoudig dorpje.
Het hoofd van een familie dat daar woont, heeft twee vrouwen, en elke vrouw heeft een dochter.
Bawang Merah en haar moeder zijn jaloers op de aandacht die de vader geeft aan Bawang Putih en haar moeder.
Wanneer de vader sterft, nemen Bawang Merah en haar moeder de scepter over en behandelen Bawang Putih als hun dienstmeid.
De moeder van Bawang Putih, neemt het voor haar dochter op maar sterft door zorgen en verdriet en misschien wel door kwaadaardige opzet van de andere vrouw.
Hoewel Bawang Putih lijdt, doet ze alles wat haar bevolen wordt om maar aan de martelingen van haar wrede stiefmoeder en zusje te ontkomen.
Op een dag loopt ze door het bos en ziet een vijver met vissen.
Een vis spreekt haar aan en verteld haar dat haar moeder heel dichtbij is en dat ze zelfs met haar moeder kan spreken door middel van de vis.
Bawang Putih is dolgelukkig en gaat zo vaak ze kan naar de vijver in het bos terug.
Op een dag ziet Bawang Merah haar wegsluipen op weg naar het bos en gaat haar achterna.
Ze ziet dat Bawang Putih met de vissen praten.
Als Bawang Putih weg is, lokt haar half zuster de bissen naar het oppervlak en dood samen met haar moeder alle vissen, koken ze en voeren ze aan de dieren.
Als Bawang Putih erachter komt wat er is gebeurd is ze danig overstuur en begraaft de overgebleven visgraten in een klein gemaakt grafje onder een boom.
De volgende dag toen ze de plaats bezocht is ze verbaasd want uit de takken van de boom is een mooie liaan gekomen.
Ze pakt de liaan en als vanzelf schommelt de liaan heen en weer.
Bawang Putih gaat op de liaan zitten en zingt een oud slaapliedje en zo vind ze weer haar rust.
Ze blijft de boom zoveel mogelijk bezoeken. Op een dag toen ze de magische schommel weer bezocht en zij haar liedje zong, hoorde een prins die op jacht was, haar prachtige, mooie stem.
Hij volgde het geluid van haar stem maar voor hij haar zag was Bawang Putih al verdwenen.
De prins kon haar echter niet vergeten en ging op zoek naar de mooie stem.
Toen hij bij het huis van Bawang Putih en Bawang Merah aankwam zeiden de stiefmoeder en half zusje dat Bawang Merah degene was met de prachtige stem.
De prins vroeg hierop of Bawang Merah naar de boom wilde gaan en nog eens voor hem wilde zingen.
Ze deed vreselijk haar best maar de liaan wilde niet schommelen en haar stem was afgrijselijk.
Nu werd de prins boos en de stiefmoeder moest dan ook met de waarheid komen.
Zo kwam Bawang Putih toch nog voor de prins te staan en klom in de liaan, die vanzelf begon te schommelen toen zij zich in de liaan nestelde.
Ze zong met haar prachtige stem het aloude slaapliedje en de prins was op slag verliefd.
De twee trouwde en leefden nog lang en gelukkig.
Er heeft nog niemand gereageerd.
Voor meer informatie over nieuws uit de kranten van Nederlands-Indië
La vie est un pélerinage