Instituten.

De wetenschappelijke instituten welke op Ned.-Indië betrekking hebben zijn:

Het Koloniaal Instituut te Amsterdam, hetwelk tot doel heeft het verzamelen en verbreiden van kennis omtrent onze overzeese gewesten en in het bijzonder de behartiging van de handels-, landbouw-, nijverheids- en andere belangen, die zowel voor het moederland als voor de koloniën uit Nederlands koloniaal bezit voortvloeien.
Behalve uit het Algemeen Secretariaat bestaat het uit de Afdeling Handelsmuseum, de Afdeling Volkenkunde en de Afdeling Tropische Hygiëne. Het Koloniaal Museum te Haarlem, een stichting van de Nederlandse maatschappij van Nijverheid, werd 1 Januari 1913 aan het Koloniaal Instituut overgedragen.
In nauwe samenwerking met het Koloniaal Instituut werken een aantal kleinere instituten, waarvan de directeur van de afdeling Volkenkunde als secretaris fungeert.
Deze instituten zijn: het Atjeh-Instituut, het Bali-Instituut, het oostkust van Sumatra-Instituut, het zuid-Sumatra-Instituut, het Minangkabau-Instituut en het Molukken-Instituut.
Het Batak-Instituut te Leiden, waartoe behoort het Batakmuseum te Raja bij Brastagi (gouv. oostkust van Sumatra).
Het Koninklijk Instituut voor de taal-, land- en volkenkunde van Nederlands-Indië te ’s-Gravenhage, hetwelk in Indië wordt vertegenwoordigd door twee commissarissen.
De Afdeling Nederlands-Indië van het Koninklijk Instituut voor ingenieurs, gevestigd te Batavia.
Doel: bevordering van de wetenschap en kunst van de ingenieur (in Ned.-Indië).
Het Java-Instituut te Batavia stelt zich ten doel de ontwikkeling van de inheemse cultuur van Java, Madoera en Bali te bevorderen.
Het secretariaat is gevestigd te Jogjakarta (Gondolajoe 14).

Creatie datum: 17/12/2018 10:06
Categorie: Index encyclopedie - I
Pagina gelezen 730 keren

Reacties op dit artikel

Er heeft nog niemand gereageerd.

Nieuws van den dag uit het voormalig Nederlandsch-Indië

Voor meer informatie over nieuws uit de kranten van Nederlands-Indië

La vie est un pélerinage