Kevers, Torren of Schildvleugeligen (Mal. Koembang).

De tot deze orde behorende insecten (Coleoptera) met bijtende monddelen komen in een onafzienbaar aantal soorten in de archipel voor.
Tot de loopkevers, die goed lopen en op roof uitgaan en daarom roofkevers worden genoemd behoren o.m. de zandloopkevers, op de Indische stranden speciaal de langpootzandloopkever; de bombardeerkevers, kleine loopkevers, die een onaangenaam riekende vloeistof hoorbaar uit het achterlijf kunnen lozen; de spookloopkevers, met bladvormig verbrede dekschilden en een lange hals en lange sprieten, vrij zeldzaam voorkomend en levend in rottende bladeren op hoger gelegen gebieden.
Tot de watertorren behoren de waterroofkevers (in de sawah’s de sawahroofkever), de draaitorretjes of schrijvertjes eveneens in de sawah’s waar ook de Indische zwarte watertor huist.
Van de kortschildkevers leven verschillende soorten bij de mieren en termieten, waarvan zij voedsel vragen; als tegenprestatie scheiden zij soms een zoete stof af, waarop de mieren zeer belust zijn.
Aaskevers en doodgravers komen in de tropen weinig voor en dan nog alleen op hoger gelegen gebieden.
Tot de weekschildkevers behoren de zg. glimwormen of vuurvliegen (Mal. konang konang) die een groenig licht voortbrengen aan de onderzijde van de achterlijfsringen.
Ook kniptorren komen in de tropen voor: de larve van de reuzenkniptor huist in termietennesten en voedt zich met termieten, waarvan zij er meer dan 100 per dag verorbert.
De prachtkevers en boktorren leven voornamelijk in de tropen.
Zij hebben een, meest groene, metaalglans en worden wel als sieraden (geprepareerd en daarna in metaal gevat) gebruikt.
Van de boktorren is de dadap-boktor een der grootste.
De ambrosiakevers behorend tot de bast- of schorskevers zijn de bekende boeboek.
Zij graven in hout holten en gangen waarin de eieren worden gelegd.
Zij zijn zeer schadelijk voor hevea-, koffie- (koffie-boeboekziekte), thee-, cacao-, kina-aanplantingen.
Tot de snuittorren behoren de palmsnuit-kever, welks larve zich in de klapper- en andere palmen boort en zich daarin ook verpopt,
de pisang-boorder, welks larve hetzelfde doet in pisangstammen, het mangga-kevertje, dat zijn eieren in jonge manggavruchten legt en de rijstklander, welks larven huizen in rijst- en maiskorrels.
Tot de olie-kevers, die weke schilden hebben en soms een scherp olieachtig vocht afscheiden (de Spaanse vlieg in zuid Europa) behoort in Indië de algemeen voorkomende indol indol of andol andol, een zwarte kever met twee rode strepen op de rug en twee rode vlekken op de schouders, welks larven zich voeden met sprinkhaaneieren.
Andere Indische oliekevers voeden zich met de eieren en het voedsel van de houtbijen.
Tot de bladsprietigen behoren een aantal grote, krachtige kevers.
Van de hiertoe behorende reuzenkevers: de klappertor (Mal. koembang
kalapa) of neushoornkever (Mal. koembang badak), met een hoorn op de kop, die zich in de toppen van de kokospalmen boort en daardoor grote schade kan aanrichten, de atlaskever (Mal. koembang tandoek, tandoek = hoorn) met een grote hoorn op de kop en twee grote hoorns op het borstschild, de grootste kever in Indië; de iets kleinere Gideonkever die er veel op lijkt met een gaffelvormig-uitlopende hoorn op het borstschild.
Van de genoemde gehoornden hebben alleen de mannelijke dieren deze uitwassen.
De meest geelbruine, of groene meikevers komen in tal van soorten voor en zijn schadelijk voor aanplantingen waarbij ze aan wortels knagen. Verwant aan de meikevers zijn de ook in Indië voorkomende gouden torren. In Indië komen verschillende soorten vliegende herten voor; bij de mannelijke dieren zijn de kaken buitengewoon uitgegroeid.
Tot de bladsprietigen behoren ook de mestkevers.
Ook blad- of goudhaantjes, die vaak zeer fraai zijn en zich voeden met bladeren waarin zij tal van gaten vreten, komen in Indië voor.
Zo vindt men er ook tal van soorten van lieveheersbeestjes, welke zeer nuttig zijn omdat zij blad- en schildluizen en mijten verdelgen; sommige soorten echter brengen schade toe aan aardappelen en tomaten.
Tot de diefkevertjes behoren het tabakskevertje dat grote schade aanricht aan tabak en sigaren, rijst, graan, boeken enz. en tal van andere torretjes die in meel, rijst, erwten, bonen, kopra en andere voedingsstoffen leven.

Creatie datum: 04/11/2019 15:25
Categorie: Index encyclopedie - K
Pagina gelezen 941 keren

Reacties op dit artikel

Er heeft nog niemand gereageerd.

Nieuws van den dag uit het voormalig Nederlandsch-Indië

Voor meer informatie over nieuws uit de kranten van Nederlands-Indië

La vie est un pélerinage