INDOPEDIA
|
De Indische Encyclopedie
|
19196335 Bezoekers
5 Bezoekers online
"Uit Indische verhalen door Inge Dümpel voor Indo Radio"
Kantjil, het dwerghertje, ligt lui op de dorre bladeren en takjes onder een hoge boom aan de rand van het oerwoud. Hij is een beetje moe, want hij heeft een hele tijd langs een pad gelopen. Niet op het pad, want Kantjil weet dat daar soms mensen lopen. Vroeger dacht hij dat het vreemde dieren waren die rechtop liepen. Maar zijn pleegmoeder, de buffel, had hem toen uitgelegd dat het geen dieren maar mensen waren.
‘En de twee voorpoten noem je armen, Kantjil.’Hij weet het nog goed.
Moeder Buffel woont met de andere buffels nog een heel eind lopen naar het oosten. In Indonesië zeggen ze dat vaak zo. Je moet naar het oosten lopen, dat betekent naar rechts, of naar het westen, dat betekent naar links. Kantjil is op weg naar haar toe, maar nu wil hij even uitrusten.
Hij weet al precies wat moeder Buffel zal gaan doen. Ze zal hem een likje over zijn neus geven en zeggen:
’Dag lieve Kantjil, wat fijn dat je er weer bent. Waren er geen gevaarlijke dieren onderweg? Altijd goed uitkijken, hoor.’
En dan zal ze allerlei lekkere jonge blaadjes voor Kantjil plukken, op plaatsen waar Kantjil niet bij kan. Want hij is een dwerghertje, net zo groot als… ja als een heel kleine hond. Moeder Buffel weet precies wat Kantjil lekker vindt.
Hè, Kantjil begint honger te krijgen als hij eraan denkt. Maar hij wil nog een beetje luieren onder de hoge boom. ‘Ooh, dáár ben je,’ hoort Kantjil plotseling. Hij herkent de stem van het spinnetje Anansi, een vriendje van hem. Kantjil kijkt omhoog en ziet Anansi, die zich langzaam laat zakken via een spinnendraad. Anansi puft en blaast, want hij moest heel snel van boom naar boom lopen via een spinnendraad, om Kantjil bij te kunnen houden.
‘Ik heb zo’n dorst, Kantjil, ‘ zegt Anansi, het spinnetje. Hij kijkt rond en ziet een grote druppel op een blad glinsteren. Snel loopt hij er naar toe en drinkt de druppel op.
Kantjil vertelt dat hij op weg is naar zijn pleegmoeder, de Buffel.
‘Waar ben je geweest?’, vraagt Anansi.
‘Ik ben op bezoek geweest bij de familie Boskip. Daar zijn drie kuikens uitgebroed.
Het is nog een eind lopen, laten we maar gaan,’ zegt Kantjil.
Voor het gemak zit Anansi nu op de rug van Kantjil.
Ineens horen ze een luid getrompetter. Kantjil blijft staan en kijkt rond. Anansi klimt in een boom en roept dat hij een kudde olifanten ziet in de verte. Ze komen heel langzaam dichterbij.
Anansi klimt weer op de rug van Kantjil. Kantjil wil graag kennismaken met de olifanten en loopt hen tegemoet.
Wat zijn ze groot! Nog veel groter dan moeder Buffel.
Een van de olifanten vraagt of Kantjil is verdwaald. Kantjil zegt dat hij op weg naar huis is, naar moeder Buffel, samen met zijn vriendje Anansi.
‘Altijd goed opletten onderweg, Kantjil. Maar… waar is je vriendje?’
‘Hier. Hier ben ik,’ hoort de olifant. Hij ziet niet wie dat roept. Intussen is Anansi op het puntje van de slurf van de olifant gelopen. Dat kriebelt een beetje.
‘Hier ben ik,’ roept hij nog een keer.
‘Aha, nou zie ik het. Jij bent Anansi.’ zeggen de olifanten.
Anansi vertelt dat hij met Kantjil op weg is naar zijn pleegmoeder, de Buffel.
Kantjil kijkt rond om te zien of er ergens een baby olifantje rondloopt.
De grote olifant weet wat Kantjil zoekt en zegt: ‘Daar staan een paar olifanten bij elkaar. Zie je dat? En kijk nu eens naar de poten. Zie je die kleine pootjes daartussen? Daar…’
Kantjil knikt. Daar, onder de buik van zijn moeder, staat het baby olifantje. En om zijn moeder heen staan een paar tantes, om het te beschermen. Nu kan hem echt niets gebeuren!
Intussen is Anansi naar het baby olifantje toegelopen en kruipt boven op zijn slurf. Eerst kijkt het olifantje rond waar dat gekriebel vandaan komt. Dan moet het erg niezen en… hopla… zwaai… daar vliegt Anansi door de lucht. Gelukkig komt hij op een hoop bladeren terecht en valt daardoor niet hard.
‘Laten we gaan, Kantjil,’roept hij en klimt weer op de rug van Kantjil.
Ze groeten de olifanten en lopen verder naar het oosten. Naar rechts dus.
Maar voor ze thuis aangekomen zijn bij Kantjil’s pleegmoeder, de Buffel, beleven ze nog een paar avonturen.
door Inge Dümpel
Copyright Inge Dümpel & D.D. Oltmans
Er heeft nog niemand gereageerd.
Voor meer informatie over nieuws uit de kranten van Nederlands-Indië
La vie est un pélerinage